Deze week belandde er een mail in mijn inbox over teveel denken en daardoor niet tot handelen komen. Ik herken me er vreselijk in; de vele vervolgvragen die bijvoorbeeld opkomen bij een vraag als ‘wil je in een melkveebedrijf werken?’ Ja, over dit soort vragen denk ik na. Die worden mij namelijk gesteld in de interessetestjes waarmee het reïntegratiebureau denkt mij hop hop hop aan een andere baan te kunnen helpen. Dat iedereen die er iets over te vinden heeft daarbij vergeet dat ik überhaupt nog niet zover ben dat ik weer kan werken, laat staan dat ik weet of ik een andere baan wil, is blijkbaar bijzaak. Of nog niet eens. Geen zaak.
Maar dat terzijde. Het is een leuke vraag, over dat melkveebedrijf; wat is het dan voor bedrijf? Eén met een Lely Astronaut en lekker eigenwijze koeien die uit zijn op biks? Eén met een gezellig winkeltje op het erf, waar je biologische producten van eigen grond kunt kopen, waar tijd is voor een praatje en de vliegen zich oogluikend tegoed doen aan de kaasblokjes? Eén met een speurtocht, een terrasje, workshops en zelfgemaakt ijs? En dat ik dan na het werk in mijn dagboek schrijf over wat ik de hele dag zoal beleefd heb?



Want dat schrijven, daar gaat het natuurlijk over. Schrijven is wat ik echt leuk vind, waar ik energie uit haal, wat ik ook op zondag doe, wat de aanzet van mijn vleugels vormt. Elke dag het ritme volgen dat voor mij werkt. Me blij voelen, vleugjes flow ervaren. Proberen de vorm te vinden, passend bij de eindeloze stroom puzzelstukjes in mijn hoofd. Of net als Danny Vera afstemmen op de juiste frequentie en door de ruis heen ineens die heldere zin horen, de brug naar een kloppend verhaal.
Dáár droom ik van en tegelijkertijd gaat dáár mijn ‘teveel’ aan denken en mijn innerlijk geknaag over. Want leuk dat ik van schrijven hou, maar wat ga ik dan schrijven? Zal ik ooit kunnen leven van mijn schrijfsels of moet er altijd wat anders naast? En wat moet dat andere dan zijn zodat ik genoeg energie voor het schrijven overhoud? Zal ik van schrijven ooit mijn droomleven kunnen financieren? Er zijn maar zo weinig mensen die dat echt lukt. Want wie leest mijn werk? Is het überhaupt goed genoeg? Moet ik blogs blijven schrijven of me toch wagen aan een echt boek? Mijn gedichten nieuw leven inblazen? Er zijn al zoveel blogs, zoveel zelfhulpboeken, zoveel lichte/luchtige romans. Is wat ik schrijf wel origineel genoeg? Ik ken de grote stapels bij de uitgevers op het bureau maar al te goed. Het heeft eigenlijk geen zin eraan te beginnen…
Dit soort vragen en geweeklaag weerhield me er lange tijd van ook maar een letter op papier te zetten. Ik was het bos weliswaar tot aan de rand genaderd, maar er zeker van dat achter elke boom een beer verstopt zat. Een beer die me zou verslinden, vermorzelen, of tenminste het bos uit zou weten te jagen. Hoe ik in hemelsnaam aan de andere kant van het bos terecht moest komen, geen idee. Voor mijn gevoel was het onmogelijk en een zinloze exercitie.
Ik zette maar weer eens een podcast aan, in de hoop iets opbeurends en inspirerends mee te krijgen. Toegegeven, ik zat te miesmuizen en zwelgen in medelijden over mijn huidige staat van zijn. Luisteren lukte maar net. Het gesprek tussen Marie Forleo en Elizabeth Gilbert begon met de nodige introducties en halleluja’s over hoe geweldig ze elkaar wel niet vonden. Daar gingen mijn gedachten alweer; ‘jaja, zij wel, dat lukt mij nooit’, waardoor ik bijna de essentie van het gesprek miste. Maar ineens – alsof ik na eindeloos braakballen pluizend tussen al het stof ineens een puntgaaf skeletje tevoorschijn toverde (oké, misschien een gekke vergelijking) – was daar dat statement:
I don’t care if it’s been done. I don’t care if it’s been done ten thousand times. If you need to do it; do it!
Er ging een knopje om. Heel simpel eigenlijk. Oké dames, als jullie het zeggen zal het wel zo zijn! Blijkbaar heb ik het nodig van een ander te horen dat het gewoon goed is te doen wat je wilt doen. Dat het niet uitmaakt dat er al duizenden schrijvers, coaches, schilders, bakkers, hoveniers of acteurs zijn; als jij iets toe te voegen hebt dan moet je dat doen. Voor elke toevoeging aan de stapel is er vast ook iemand die net op jouw bijdrage zit te wachten. En eigenlijk moet je doen wat je wilt doen omdát je het wilt doen. Ongeacht of je er een bepaald resultaat mee wilt behalen, dat is stap twee (of tien of honderd…).
Ik ben dus ik schrijf. Voor mezelf, voor wie dit leest. Ik doe het gewoon. Omdat ik dat wil. Wat er aan de andere kant van het bos is; geen idee. Of het echt een donker, wild woud vol met beren is; geen idee. Adrienne van den Bos verwoordt het mooi: het brein kan niet zien wat er onderweg door dat donkere bos nog gaat gebeuren. Dus hup, uit het denken in het doen. Met volle angst vooruit!
een vogel een astronaut een koe ziet zich beloond een volle uier leeggetankt geloei op volle kracht een piep, gestaag een fotograaf een speels model gekiekt de stilte klinkt vol bravour een trekker gooit 'm om een kind een bezem licht sabbelend gesmak bruine ogen lange wimpers de geur van mest bezinkt